Premier Mark Rutte mocht donderdag en vrijdag bij de Europese top in Brussel aftasten in hoeverre er speelruimte is bij de 27 andere EU-landen om tegemoet te komen aan Nederlandse zorgen over het Oekraïne-verdrag.
Een meerderheid van de Nederlandse stemmers wees op 6 april het Europese associatieverdrag met Oekraïne af en Rutte worstelt met de interpretatie van de uitslag. De overige 27 EU-leden hebben echter geen zin om te heronderhandelen over het verdrag.
Bronnen in Den Haag en Brussel stellen volgens de Volkskrant dat Nederland een bijlage zou kunnen krijgen met een ‘opt out’ voor de militaire samenwerking en een bevestiging dat het verdrag geen opmaat is naar een EU-lidmaatschap van Oekraïne. Het verdrag wordt dan niet formeel opengebroken.
De vraag is of Rutte zo’n deal in de Eerste Kamer kan verkopen. Zijn hoop is hierbij gericht op oppositiepartijnen D66, GroenLinks en ChristenUnie. Als hij die meekrijgt, om het verdrag een meerderheid te geven in de Eerste Kamer, dan kan Nederland alsnog akkoord gaan. Anders is het einde oefening wat Rutte betreft, zo stelt de Volkskrant zaterdag.
Wat als Nederland weigert…
Volgens CDA-Kamerlid Pieter Omtzigt hebben de andere EU-landen twee opties als Nederland het verdrag niet ratificeert, zo gaf hij begin deze maand aan.
De eerste is een aangepast verdrag op onderdelen waarover de Europese Unie beslissingsbevoegdheid heeft, zonder dat ratificatie door nationale parlementen nodig is.
De tweede mogelijkheid is dat de 27 landen die wel hebben voorgestemd als groep, een nieuw verdrag sluiten met Oekraïne, zonder dat de EU daar als instelling bij betrokken is.